Thorens TD 160 platenspeler: modificaties waaronder van Hanze Hifi (deel 1)
Het Puresound artikel over de modificaties van de Thorens 160 platenspeler blijkt veel gelezen en gekopieerd te zijn. Als redactie van Puresound zijn we daar blij mee en we hebben daarom besloten het artikel te actualiseren. Onze technische redacteur Roger Poulussen heeft me daarbij van commentaar voorzien, waarvoor dank! Het artikel is opgedeeld in twee delen: in het eerste deel wordt een beschrijving gegeven van de technische en historische achtergronden van de Thorens TD 160 platenspeler en in het tweede deel wordt ingegaan op de modificaties en luisterervaringen. Hier volgt het eerste deel.
Audio legendes
Sinds het begin van de hifi geschiedenis zijn er heel wat audioproducten geproduceerd. Een aantal van die producten zijn met liefde ontwikkeld en met veel toewijding gefabriceerd. Sommigen hebben zelfs de status van “eeuwige klassieker” vergaard. Wat luidsprekers betreft willen we in de eerste plaats de elektrostaten van Quad noemen. Een goed gerestaureerde Quad ESL 57 of ESL 63 kan nog steeds in elke moderne High- End installatie goed mee. Erg knap als men zich realiseert dat de ESL 57 al in 1957 geproduceerd werd.
Op versterkergebied wil ik de Macintosh C 22 voorversterker en MC 275 eindversterker noemen. Beiden zijn al in 1961 op de markt gebracht. De eindversterker is als Mark Vl nog steeds te koop. Een fraaie Britse concurrent op versterkergebied is de Radford STA 25 uit 1965. In 1998 is een limited edition “remake” op de markt gebracht.
(bron: http://www.radfordrevival.co.uk)
Op draaitafelgebied wordt vaak de Linn LP12 genoemd als een legendarische doorbraak. Hoewel de LP 12 nog steeds een trots bezit is van menig analoog liefhebber ben ik het daar niet mee eens. De LP 12 is slechts een kopie van de kopie van het origineel. De echte audiolegende is de Thorens TD 150 en zijn opvolger de TD 160 draaitafel. Deze draaitafels zijn een doorontwikkeling van de ideeën van Edgar Villchur en Mitch Cotter die als eersten in de jaren zestig van de vorige eeuw een draaitafel op de markt brachten waar een onafhankelijk (verend) subchassis gekoppeld werd aan een aandrijving van het plateau door middel van een snaar. Het is nu moeilijk voorstelbaar, maar Thorens verkocht indertijd honderdduizenden draaitafels. In 1975 kwam al de vijfhonderdduizendste platenspeler uit Lahr in het Zwarte Woud: het was een Thorens TD 160. Het was en is nog steeds een platenspeler van een hoog kwaliteitsniveau en bovendien voor een redelijke prijs verkrijgbaar mede dankzij de grote produktie aantallen. Hij was dan ook terug te vinden op menig studentenkamer in de jaren zeventig, want de studenten van toen besteedden hun geld aan hifi, racefietsen en spiegelreflexcamera’s.
Die grote productie aantallen hadden als voordeel dat analoog liefhebbers de draaitafel lange tijd voor redelijke prijzen tweede hands konden krijgen. Helaas stijgen de prijzen tegenwoordig sterk, maar een goede tweede hands is nog steeds de moeite waard. Een tweede hands Thorens TD 160 heeft in vergelijking met andere klassieke draaitafels het voordeel, dat de opbouw zodanig is, dat alle onderdelen nog zijn te vervangen. Met enige aandacht en voor weinig geld is de platenspeler zodanig op te waarderen dat het een geduchte concurrent is voor nieuwe draaitafels in het marktsegment tot ongeveer duizend euro. Ons advies is dan ook om het geld wat u bespaart bij de koop en restauratie van een tweede handse Thorens te besteden aan een echt mooi element zoals bijvoorbeeld een Benz Ace. Op deze wijze haalt u erg veel analoge kwaliteit binnen.
Over het opwaarderen van de Thorens TD 160 gaat dit artikel, maar eerst iets over de technische achtergrond.
Technische achtergrond
Van een draaitafel wordt eigenlijk niet zo veel verwacht. Hij moet keurig zijn 33 1/3 of 45 rondjes per minuut maken met dien verstande dat tijdens het spelen geen enkele variatie mag optreden in dit toerental. Daarbij moeten alle stoorgeluiden worden vermeden, zodat het element de groef zonder enige beïnvloeding kan aftasten. In de praktijk blijkt deze opdracht niet eenvoudig te verwezenlijken, want stoorgeluiden komen zowel van “buiten” als van “binnen” de draaitafel.
Stoorinvloeden van “buiten”
Een draaitafel die op een houten vloer staat wordt daardoor sterk beïnvloed. Dat ziet men als eerste aan de conussen van de luidsprekers die als die niet worden gefilterd sterk gaan bewegen bijvoorbeeld bij het lopen over vloeren. Het geluidsbeeld wordt sterk beïnvloed door al die stoorgeluiden: het geluid wordt als het ware een brei in plaats van de zorgvuldig opgediende maaltijd die wij nastreven. Deze stoorgeluiden zijn eenvoudig te verhelpen door de draaitafel aan de muur te bevestigen. Bevestiging aan de muur lost echter de beïnvloeding van het muzieksignaal zelf niet op. Zo kan de stevige bas, die uit uw luidsprekers komt, in het element “terugkoppelen” om versterkt weer uit de luidsprekers terug te komen. Om dit “rondzingen” door akoestische terugkoppeling te vermijden zou de draaitafel eigenlijk in een andere ruimte moeten worden opgesteld. Dit is natuurlijk erg onpraktisch. Wat aandacht schenken aan de plaats waar de draaitafel komt te staan is vaak al ruim voldoende. Zie verder voor subsonische stoorgeluiden ook de Puresound recensie van de Blue Amp phonotrap. http://www.puresound.be/recensies/archive/2012/oktober/article/phonotrappen-saga-3-de-blue-amp-42-comfort-phono-trap
Stoorinvloeden van “binnen”
Een motor is een draaiend ding en zal uit der aard altijd trillingen voortbrengen. Het maakt daarbij niet uit of het nu de motor van een auto, verwarmingsketel of draaitafel is. Deze trillingen worden op het plateau en arm overgebracht, met als gevolg beïnvloeding van het aftasten van de groef door het element. De trillingen van de motor werden vroeger nog eens extra op het plateau en de arm overgebracht door middel van de mechanische aandrijving van het plateau door een wiel of zelfs, bij de eerste draaitafels, door tandwielen.
Om de akoestische terugkoppeling en de gevolgen van trillingen van de motor te omzeilen, kwamen Edgar Villchur en Mitch Cotter tot een geniaal idee. Door middel van veren werd het plateau en de arm losgekoppeld van de motor en het aandrijfmechanisme. Plateau en arm werden daarbij op een drietal veren geplaatst. Gekozen werd voor drie veren en niet voor vier, omdat dit het afstellen makkelijker maakt en tot een stabieler resultaat leidt. Daarnaast werd het plateau aangedreven door een snaar om direct contact tussen motor en element te omzeilen. Hoewel Hanze Hifi het niet met me eens zal zijn, is een draaitafel aangedreven door een snaar principieel beter dan een “direct drive” of aandrijving door een tussenwiel. Bij deze laatste constructie valt de rumble niet volledig te onderdrukken, maar hoogstens te minimaliseren. Dit zal zeker het geval zijn bij oudere draaitafels. Voor wat betreft de Thorens TD 124 kunt u daarvoor gelukkig ook weer bij Hanze hifi terecht. Hun medewerker Jaap Pees heeft erg veel ervaring met het opwaarderen van deze draaitafel legende.
Doorontwikkeling
De Acoustic Research draaitafel was de eerste draaitafel gebaseerd op beide principes. Het nadeel van de draaitafel was dat hij in goedkope segment op de markt werd gebracht en de goede eigenschappen niet voldoende waren benut. Zo zat er in eerste instantie een goedkope arm op die niet verwisselbaar was. Toen Thorens afstapte van de productie van de Thorens TD 124 in Zwitserland en in het Zwarte Woud in Duitsland een nieuwe fabriek opzette, was hun nieuwe TD 150 draaitafel een doorontwikkeling van de Acoustic Research. Het Schotse merk Ariston baseerde later haar RD 11 draaitafel op die Thorens 150. De samenwerking van Ariston met Linn leidde er toe dat Linn de Ariston onder eigen naam op de markt ging brengen: de RD 11 werd de LP 12. Een en ander werd in de rechtszaal uitgevochten waar Ariston in het gelijk werd gesteld. Het grappige is, dat de Thorens TD 160 een doorontwikkeling is van de Thorens TD 150 en de Linn LP 12 in feite “maar” een kopie is van de Thorens 150. Overigens wel een kopie waar de toleranties veel nauwer zijn dan bij het origineel.
Voor wie geïnteresseerd is in de geschiedenis van Thorens adviseer ik het boek van Gerald Weichler. Het boek is zowel in het Engels als het Duits geschreven. Het is/was te bestellen via http://www.thorens.com/de/plattenspieler/zubehoer.html Een site die een goed overzicht geeft van de velen Thorens modellen is die van Holger Trass http://www.thorens-info.de/
Charles referentie set
Bronnen:
- Oracle Delphi V platenspeler, Graham 2.2 arm, Benz Ruby 3 element
- Thorens 160 mark 1 platenspeler Hanze gemodificeerd, Denon DL 160 element
- Meridian 506.20 CD speler
Phono voorversterker:
- Whest PS 20.0
Versterkers:
- Conrad Johnson Premier 17LS (voor) en Premier 11a (eind)
Luidsprekers:
- Monitor Audio 20 SE
Bekabeling:
- Van de Hul 501 phonokabel, Kimber PBJ interlinks, Russ Andrews Classic stroomkabels en VLS luidspreker kabel met Graham Nalty GN-2 banaan stekkers